Groningen

Huizen in Groningen

Pension de Waard stond in één van de belangrijke winkelstraten van Groningen boven een gerenommeerde kledingzaak. Een ijzeren hek sloot de steile donkere trap af van het trottoir waar de bus stil hield. Alles was kleurloos en geurloos. Niets rook er naar de natuur of de warmte van Bandoeng. In het pension werd de gehele familie Simon op één kamer geplaatst, met uitzicht op de Brugstaat. Op de etage waar ze kwamen te wonen waren nog 4 gezinnen, op de etage daarboven woonden nog 3 gezinnen. 

Lees meer

Bij het dorpje Nuis in het zuidelijk Westerkwartier lag vanaf 1941 tot halverwege de jaren zestig een barakkenkamp. De oprichter was de Nederlandse Arbeidsdienst, die hier jonge mannen vanaf 18 jaar onder bracht om hen een nationaal-socialistische vorming te geven. De mannen werden aan het eind van de oorlog ingezet in de frontlinie. Hun plekken in de barakken werden ingenomen door evacués uit Arnhem en Limburg. In de eerste jaren na de oorlog was Kamp Nuis een interneringskamp voor collaborateurs. In 1948 werd het kamp een jeugdgevangenis, waarna het in 1951 haar deuren sloot als gevangenis. 

Lees meer

De Carel Coenraadpolder ligt aan de zuidzijde van de Dollarddijk, een polder die in 1924 werd ingedijkt en de meest noordoostelijk gelegen polder van Nederland is. De polder werd vernoemd naar Commissaris der Koningin Carel Coenraad Geertsema. In 1940 werden in de polder barakken gebouwd ten behoeve van de slikwerkers. Tijdens de Tweede Wereldoorlog plaatsten de Duitsers er een geschutsstelling en daarna werden de barakken gebruikt als interneringskamp voor NSB’ers. Van 1953 tot 1961 werden deze zelfde barakken gebruikt voor de opvang van Molukse ex-KNIL militairen en hun families (in totaal 311 personen). 

Lees meer

Huize Ria fungeerde vanaf omstreeks 1953 als pension, en van 1955 tot ongeveer 1958 als contractpension. In die tijd was de hoofdbewoner en mogelijk pensionhouder van het pand de familie de Wit. Oud-bewoners Max Oey en Eri Dibbets kijken terug op hun tijd in Huize Ria. 

Lees meer

Halverwege 1964 vertrok een groot aantal militairen de Milva Kazerne. Hierdoor stond een groot gedeelte leeg en liep het inwoneraantal van Appingedam fors terug. In 1965 en 1966 werd dit echter grootscheeps ingehaald door de komst van migranten uit voormalig Nederlands-Indië. Voor hen werd zowel het witte hoofdgebouw van de kazerne als de barakken van het kamp gebruikt als opvanglocatie bij aankomst in Nederland. In totaal werden zo’n 620 migranten uit voormalig Nederlands-Indië hier opgevangen.

Lees meer