Familie Rhebok, voor het pension in de Hengelosestraat, Enschede
Geschreven door Lysbet Haverkamp
Magdalena Rhebok is geboren op Noord Celebes. De eerste dochter na twee broers, dus Zus werd haar roepnaam. Ze was 19 toen ze hier in 1962 met het vliegtuig aankwam en kon nog geen ei bakken. Nu woont ze al jaren in Twente en draait ze haar hand niet om voor een maaltijd voor 60 mensen. Wat heeft de komst naar Nederland haar leven veranderd!
We spraken mevrouw Rhebok in haar huis in Almelo over haar vertrek uit Indonesië en aankomst in Nederland. Hoe was dat voor haar? “In Jakarta woonden we in een groot huis, tuin voor en achter, vier meiden die alles deden. Alles hebben we achtergelaten. We zijn hushhush vertrokken, bang om door de politie te worden gesnapt. Niemand mocht het weten! Maar in Bangkok kwamen we allemaal kennissen tegen, die ook stilletjes waren vertrokken om met het vliegtuig naar Nederland te gaan.” Eerst werd het gezin ondergebracht in een pension in Bennekom. Daarna zaten ze het 10 maanden in De Kroon in Rijssen, naast het stadhuis. Het pension Hansa aan de Hengelosestraat in Enschede staat er nog, tegenover de villa van Van Heek, de gevel is herkenbaar op de foto van de bewoners. Daarna kregen ze een huis in de Joostenstraat, waar ze 52 jaar hebben gewoond.
“De overgang was lastig, het leven in de pensions verschilde erg van hoe we leefden in Indonesië. Ik sliep op een zolderkamer met een kruik onder paardendekens. Je moest heel stil liggen in bed om warm te worden, want als je bewoog was het bed vreselijk koud. De winter van 1964 was streng. Het sneeuwde, dat vond ik geweldig en riep: “Er valt ijs van boven! Gratis ijs!” In het pension in Enschede was geen woonkamer, voor ons gezin met vijf kinderen waren er twee (slaap)kamers. Loes, de dochter van de huisbaas, kookte. We haalden het eten op van beneden en aten het op de kamer van mijn ouders. Bruine bonensoep en griesmeel met klontjes, vreselijk! Er werd met onze smaak geen rekening gehouden. Na alle klachten hebben de vrouwen van het pension het koken overgenomen. In de Kroon in Rijssen kreeg ieder gezin op zondag kruiden en rijst en groente, waarmee ze eten naar hun smaak konden maken. Toch heb ik nooit heimwee naar Indonesië gehad. Toen ik daar op vakantie was, had ik heimwee naar Nederland….”